HP LaserJet 4100 Printer series - Afdrukkwaliteit-menu

background image

Afdrukkwaliteit-menu

Tot sommige opties van dit menu kunt u toegang krijgen via een
toepassingsprogramma of via een printerstuurprogramma (als het
juiste stuurprogramma geïnstalleerd is). De instellingen van het
printerstuurprogramma en het toepassingsprogramma onderdrukken
de instellingen van het bedieningspaneel. Zie voor meer informatie
“Gebruik van de functies in het printerstuurprogramma” op pagina 69.

Afdrukkwaliteit-menu

Optie

Waarden

Verklaring

RESOLUTIE=

FASTRES 1200

300

600

FASTRES 1200

PRORES 1200

Selecteer de resolutie uit de volgende
waarden: Alle waarden worden op de
maximum afdruksnelheid afgedrukt (24 ppm).

300

: Produceert kladkwaliteit en kan worden

gebruikt voor compatibiliteit met de
HP LaserJet III printers.

600

: Produceert een hoge afdrukkwaliteit en

kan worden gebruikt voor compatibiliteit met de
HP LaserJet 4 printers.

FASTRES 1200

: Produceert een

afdrukkwaliteit van 1200-dpi voor het snel
afdrukken van hoge kwaliteitstekst- en
afbeeldingen voor professionele doeleinden.

PRORES 1200

: Produceert een afdrukkwaliteit

van 1200-dpi voor het afdrukken van
afbeeldingen van de hoogste kwaliteit.

Let op

Het is beter om de resolutie vanuit het
printerstuurprogramma of het
toepassingsprogramma in te stellen. (De
instellingen van het printerstuurprogramma en
het toepassingsprogramma onderdrukken de
instellingen van het bedieningspaneel).

background image

240

Bijlage B - Bedieningspaneelmenu's

DU

RET=NORMAAL

UIT

LICHT

NORMAAL

VET

Gebruik de instelling van de Resolution
Enhancement-Technology (RET) van de
printer om afdrukken met gladde hoeken,
rondingen en randen te verkrijgen.
RET heeft geen invloed op de afdrukkwaliteit
wanneer de afdrukresolutie is ingesteld op
ProRes 1200. RET is bevorderlijk voor alle
andere afdrukresoluties, m.i.v. FastRes 1200.

Let op

Het is beter om de RET-instelling vanuit het
printerstuurprogramma of het
toepassingsprogramma in te stellen. (De
instellingen van het printerstuurprogramma en
het toepassingsprogramma onderdrukken de
instellingen van het bedieningspaneel).

ECONOMODE=UIT

UIT

AAN

Zet EconoMode aan (om toner te besparen) of
uit (voor hoge kwaliteit).
Met EconoMode worden afdrukken van
kladkwaliteit gemaakt doordat er minder toner
wordt gebruikt op de afdruk.

Voorzichtig

HP raadt af EconoMode voortdurend te
gebruiken (Als EconoMode voortdurend wordt
gebruikt, is het mogelijk dat de toner langer
meegaat dan de mechanische onderdelen van
de tonercassette).

Let op

Het is beter om EconoMode vanuit het
printerstuurprogramma of het
toepassingsprogramma in en uit te schakelen.
(De instellingen van het
printerstuurprogramma en het
toepassingsprogramma onderdrukken de
instellingen van het bedieningspaneel).

Afdrukkwaliteit-menu (vervolg)

Optie

Waarden

Verklaring

background image

DU

Afdrukkwaliteit-menu 241

TONERDICHTHEID=3

1

2

3

4

5

Maakt de afdruk lichter of donkerder door
instelling van de tonerdichtheid te wijzigen. De
instellingen lopen van 1 (licht) tot 5 (donker),
maar de standaardinstelling van 3 geeft
gewoonlijk de beste resultaten.
Gebruik een lager e instelling voor
tonerdichtheid om toner te besparen.

Let op

Het is beter om de tonerdichtheid vanuit het
printerstuurprogramma of het
toepassingsprogramma te wijzigen. (De
instellingen van het printerstuurprogramma en
het toepassingsprogramma onderdrukken de
instellingen van het bedieningspaneel).

AUTO

REINIGINGSBLAD=UIT

AAN

UIT

Zet het automatische reinigingsblad aan of uit
(voor het reinigen van de fuser).
De standaardfrequentie is iedere 2000
pagina's. De opties zijn 1.000, 2.000, 5.000,
10.000, en 20.000 pagina's.
Zie voor meer informatie “Automatisch
doorvoer van reinigingsblad” op pagina 100.

REINIGINGSBLAD

MAKEN

Geen waarde
geselecteerd

Druk op

S

ELECTIE

om handmatig een

reinigingsblad af te drukken (om de fuser-
eenheid te ontdoen van achtergebleven toner).
Volg de instructies op het reinigingsblad.
Zie voor meer informatie “Handmatige
doorvoer van reinigingsblad” op pagina 99.

REINIGINGSBLAD

VERWERKEN

Geen waarde
geselecteerd

Deze optie verschijnt alleen nadat een
reinigingsblad is gemaakt (zoals hierboven
beschreven).
Druk op

S

ELECTIE

om het reinigingsblad te

verwerken.

Afdrukkwaliteit-menu (vervolg)

Optie

Waarden

Verklaring

background image

242

Bijlage B - Bedieningspaneelmenu's

DU